Ecologische inrichting van tuinen in Glimmen (onderdeel van ‘Samen Natuurlijk’ ).
In het kader van de natuuropgave die Duurzaam Glimmen zich gesteld heeft, waarin het streven naar behoud, herstel en versterken van de biodiversiteit centraal staan, worden de tuinen gezien als een belangrijk potentieel. Zij kunnen een grote bijdrage leveren aan het bevorderen van de biodiversiteit, zodat ook de tuinen onderdeel worden van ‘het fijnmazig natuurnetwerk, doorsneden door soortenrijke bermen, verbonden met de omringende natuurgebieden’.
Sinds 2020 heeft de werkgroep Biodiversiteit Glimmen in samenwerking met de gemeente Groningen (groenplan Vitamine B) en Cruydt-Hoeck (inheemse zaden en plantenkwekerij) zich ingezet voor het inzaaien van wilde bloemen en kruidenmengsels in bermen en veldjes (publieke ruimte) om de biodiversiteit te vergroten, klimaatbestendigheid te creëren en ecologische verbindingen aan te leggen. In navolging hiervan wil de werkgroep nu ook tuineigenaren oproepen om hun tuinen te ‘vergroenen’ met zoveel mogelijk inheemse planten.
Door tuinen te ‘vergroenen’ met bio-divers groen zorgen we voor meer leven in de tuin. Vogels, egels, vlinders, bijen, hommels en andere insecten kunnen er een schuilplaats en voedsel vinden en zich verplaatsen van de ene naar de andere groene plek. Kortom: meer gezoem, gezang en gefladder; het is heel leuk als er zoveel te zien en te horen is! Dit alles is hard nodig, o.a door de enorme achteruitgang van het aantal insecten.
In Nederland zijn er ongeveer 5,5 miljoen tuinen. De gemiddelde grootte van Nederlandse tuinen is zo’n 100 m2, dus in totaal is er 100 x 5,5 miljoen = iets meer dan 550 miljoen km2 aan tuin. Dit is tien keer zo groot als Nationaal Park De Hoge Veluwe.
Van oudsher was de tuin een plek die je overwonnen had op de woeste natuur. Daar hoorden strakke vormen bij. Het moest er netjes en geordend zijn. Maar nu is het andersom. De natuur is kwetsbaar geworden, zeker in Nederland met onze intensieve landbouw en verstedelijking zie je dat er voor veel soorten geen plaats meer is. Dat besef dringt bij steeds meer tuiniers door. Langzamerhand krijgt de tuin nu de functie die natuur een plek te bieden en te beschermen.
Ons klimaat verandert; om dit tegen te gaan kun je vaker de fiets pakken, de verwarming iets lager zetten, wat minder vlees eten of minder vliegen. Maar ook als tuinliefhebber kun je het nodige doen door klimaatvriendelijk te tuinieren. Of je nu een grote tuin, patio, balkon of dakterras hebt, alle kleine beetjes helpen.
In de toekomst zal er vaker sprake zijn van extreem weer in Nederland. Er zal vaker overlast zijn in de vorm van extreme regenval, droogte en hitte. Door natuurvriendelijk te tuinieren met minder tegels en meer (inheemse) beplanting zorg je niet alleen voor het vergroten van de biodiversiteit maar tevens voor een klimaat-adaptieve tuin.
Door het ont-stenen en vergroenen van onze tuinen, kunnen we de volgende bijdragen leveren: 1) meer water vasthouden 2) verminderen van wateroverlast 3) minder hittestress 4) gevolgen van droogte tegengaan 5) bevorderen van opslag van CO2 6) het beter bestand zijn van planten tegen plagen en ziektes
De trend is echter dat tuinen juist steeds vaker bestraat worden i.p.v vergroend.
Er valt dus nog veel winst te behalen in de Nederlandse tuinen. Als iedere tuinbezitter de komende 5 jaar elk jaar 2 m2 weet te vergroenen, door ont-tegelen of een sedumdak aan te leggen, dan creëren we met elkaar een nieuw park de Hoge Veluwe aan oppervlakte groen.
Ecologisch tuinieren is een natuurvriendelijke manier om van je tuin te genieten en tegelijkertijd de natuur en haar ecosystemen te ondersteunen. Hoe groot of klein je tuin ook is. Door verstandig gebruik te maken van natuurlijke materialen, inheemse planten, bodemleven en water, draag je bij aan een gezond ecosysteem in je tuin waar zowel jij als de natuur van kunnen genieten.
Bij het natuurlijk inrichten van tuinen is het belangrijk om met de 4 V’s rekening te houden:
Voedsel, Veiligheid, Voortplanting en Verplaatsen.
Hierbij spelen de volgende aandachtspunten een rol:
Soortvariatie: Het is belangrijk om veel soortvariatie qua beplanting aan te brengen voor een blijvend aanbod aan voedsel voor o.a. insecten en vogels. Hierbij kan een zgn. bloeiboog gehanteerd worden bij het vaststellen van de beplanting. Dit zorgt ervoor dat er van het vroege voorjaar tot in het late najaar planten bloeien die voedsel kunnen bieden aan bijen en vlinders.
Inheemse soorten: Het is van belang om gebruik te maken van inheemse plantensoorten; soorten die van nature voorkomen in Nederland. Inheemse bomen, struiken en planten zijn veel rijker aan plantenetende insecten dan de geïntroduceerde exoten omdat ze veel langer met elkaar hebben samen geleefd. Zo leven er in en om een zomereik (inheems) ongeveer 450 insectensoorten, terwijl er bij de Amerikaanse eik (exoot) slechts 13 worden geteld.
Nest(el) en schuilgelegenheid: Vogels: door bomen, struiken en vaste planten te planten worden er mogelijkheden geschapen voor vogels om veilig nesten te maken, eventueel door nestkastjes op te hangen. Wilde bijen: van de in totaal circa 360 wilde bijensoorten die in Nl voorkomen, nestelen er 250 soorten in de grond, o.a in (leemhoudende) zandbulten op een zonnige plek. 60 soorten wilde bijen nestelen in dode boomstammen en takken en een sommige soorten met een geringe afstand tussen foerageerplaats en nestelplaats zijn gebaat bij een insectenhotel.
Verbindingen maken: Het is belangrijk om de huidige versnippering van de natuur tegen te gaan door verbindingen te maken met de omringende natuur. Dit kan via aanwezige bermen, linten van bomen en struiken, boomwallen en hagen, graslanden en bossen. Soortenrijke straten en tuinen kunnen een rol spelen in deze verbindingsstructuren. Ze zijn minder gevoelig voor klimaatextremen en zorgen voor een aangenamer leefmilieu. Het op deze manier ontstane aaneengesloten groene netwerk verbindt straks optimaal het bebouwde gebied met het landschap en biedt ook een robuuste, obstakel vrije woonplek voor plant en dier.
Een van de kernprincipes van ecologisch tuinieren is het bevorderen van de biodiversiteit door het stimuleren van leven in je tuin en het planten van inheemse soorten. Inheemse planten zijn aangepast aan het lokale klimaat en bodemtype, waardoor ze minder onderhoud en water nodig hebben en vaak beter bestand zijn tegen plagen. Ze bieden voedsel en schuilplaatsen voor lokale fauna, zoals bijen, vlinders en vogels.
Aandachtspunten bij ecologisch tuinieren:
Haal tegels eruit en zet (inheemse) planten erin.
Bouw stapelmuurtjes, bv. van de stenen die je eruit gehaald hebt, voor droge rots-vegetatie en verstop plaats voor diertjes.
Zorg voor verblijfplaatsen voor leven in je tuin (insectenhotels, vogelhuisjes, vleermuiskast en etc.)
Varieer met duurzaam gekweekte inheemse bomen, struiken en vaste planten (zie onderstaande lijsten van bomen, struiken en planten voor vlinders, rupsen en bijen).
Spit de bodem liever niet, om het bodemleven niet te verstoren en te zorgen voor een goede bodemstructuur.
Laat afgevallen blad in de herfst liggen tussen de planten in de borders: het biedt schuilgelegenheid aan allerlei insecten en wordt verteerd door het bodemleven waardoor de grond gezond blijft. Hark het dode blad wel van het gazon af in de borders, of maak er bladcompost van.
Gebruik geen turf: kies liever voor turfvrije alternatieven of maak je eigen potgrond.
Bekijk het gazon anders: maai wat minder vaak, gefaseerd (een deel van het grasland wordt niet gemaaid; bv. aan de rand of een vlek in het midden) en laat aangewaaide plantjes in het gazon staan. Steek een deel af om je borders te verbreden of vorm een deel om tot bloemenweide.
Ruim eens wat minder op: rommelhoekjes zijn geweldige plekken voor insecten en kleine dieren om te schuilen en nestjes te bouwen. Laat een hoekje in de tuin verwilderen, de diversiteit zal je verbazen.
Maak je tuin eetbaar voor alles en iedereen: leg een moestuin of voedselbosje aan en vaste planten zoals fruit- en bessenstruiken in je siertuin.
Maak je eigen compost: maak een composthoop of (open)bakken.
Gebruik geen chemische bestrijdingsmiddelen en kunstmest. Als je moet bestrijden dan biologisch met natuurlijke vijanden.
Zorg dat de bodem zoveel mogelijk bedekt is door planten van bodembedekkers of door te mulchen d.m.v. bv. boomschors.
Ga efficiënt om met water: gebruik een druppelsysteem op je tuinslang. Giet of sproei in de vroege ochtend of late avond, om verdamping tegen te gaan en verbranden van bladeren door de hete zon te voorkomen.
Vang regenwater op: gebruik een regenton om regenwater op te vangen en sluit je tuinslang hierop aan. Regenwater is beter voor de planten omdat het geen kalk bevat.
Koppel een regenpijp af in een regentuintje of een wadi, die het hemelwater opvangt en waar je planten kunt zetten die zowel tegen natte als droge voeten kunnen.
Kies voor een duurzame tuininrichting: met zoveel mogelijk natuurlijke materialen en zo min mogelijk impact op het milieu. Probeer bv. plastic zoveel mogelijk te vermijden en gebruik gerecyclede of hergebruikte materialen voor je tuindecoratie.
Laat tuininrichting en natuur samensmelten: kies er bv. voor om een pergola of overkapping te laten begroeien door bv. een druiven- of kiwi-plant.
Leg een groen dak aan op bv. een schuur, plat dak van het huis of kippenhok. Bedek dit met sedum plantjes. Dit biedt voeding voor bijen en vlinders en werkt isolerend in de zomer tegen de warmte en in de winter tegen de kou.
Ondersteun plaatselijke bedrijven: kies bewuster door te vragen wat een leverancier aan duurzaamheid doet en te kopen bij lokale ambachtslieden en lokale kwekers die duurzaamheid hoog in het vaandel hebben.
Zelf aan de slag
Voor diegene die zelf aan de slag willen gaan met het vergroenen van hun tuin en daarmee meer leven in de tuin willen aantrekken zijn de volgende lijsten met inheemse bomen, struiken en planten van toepassing. Let bij de keuze van planten niet alleen op het esthetische (kleur, vorm enz.) maar houdt ook rekening met de bodem, lichtinval en het vochtgehalte van je tuin. Planten die zijn aangepast aan de omstandigheden in je tuin groeien beter, hebben minder last van ziekten en vragen minder onderhoud. Daarnaast zorgen inheemse planten ervoor dat insecten en vogels er voedsel vinden en zo help je mee aan hun voortbestaan. Zie ook www.plantenzoeker.velt.nu en www.streektuinen.nl en www.sprinklr.co om inspiratie op te doen voor soorten planten (en zaadmengsels) passend bij de eigen streek.
Mogelijke inheemse boomsoorten:
Bomen zorgen voor een goede waterdoorlaatbaarheid van de bodem en het bodemleven. En uiteraard zorgen bomen voor verkoeling en schaduw in de tuin. Verder halen bomen CO2 uit de lucht en vormen die via fotosynthese om tot zuurstof en plantmateriaal. Of je nu een kleine of een grote tuin hebt, er is altijd plek voor een boom. Voorbeelden van inheemse boomsoorten: Ruwe Berk, Wilde Lijsterbes, Wilde appel, Bos-Wilg, Vuilboom.
Fruitbomen:
Of plant één of meerdere (afhankelijk van de grootte van de tuin) fruitbomen; met een selectie van oude, noordelijke fruitrassen, passend bij de omstandigheden (bodemeigenschappen, begroeiing, vocht) kan een kleine boomgaard worden aangelegd (appels, peren, pruimen etc.).
De rijkbloeiende vruchtbomen zullen in het voorjaar een voedselbron zijn voor wilde bijen en een feest voor het oog. De fruitopbrengst kan worden gebruikt om er sap van te laten maken dan wel om gebak of taarten mee te bakken en een deel kan blijven voor de vogels.
Kwekerij De Baggelhof van pomoloog Lubbert Dijk kan hierbij adviseren (www.baggelhof.nl) .
En het grasland van de boomgaard kan worden ingezaaid met bloemenweidemengsels van de Cruydt-Hoeck, www.cruydthoeck.nl . (bv.: FB1 Bestuivers in de (fruit)boomgaard).
Inheemse struiken en hagen:
Een heg heeft een belangrijke functie voor het vergroten van de biodiversiteit. Planten en dieren profiteren ervan. De belangrijkste ecologische voordelen zijn: verbinding, voedsel, veiligheid en luwte. Als je van plan bent een heg als afscheiding te nemen, dan kun je het beste een mix van verschillende soorten aanplanten. Samen leveren ze een nog grotere bijdrage aan de biodiversiteit. Ook bloeien ze op een ander moment of hebben andere blaadjes die net weer een ander insect aantrekken. De meeste heggen in Nederlandse tuinen vallen onder de knip-en-scheer-heggen ofwel sculptuur-hagen. De meeste mensen houden de heg graag laag door twee keer per jaar te snoeien. Zonde van alle bloei en dus nectar, en de vruchten, waar vogels en insecten juist zoveel aan hebben.Toch heeft deze heg ook z’n functie, zeker als hij wat breder mag worden is het een goede verstop- of nestplek voor vogels. De ondergroei kan bestaan uit stinsenplanten en/ of andere bos gerelateerde bodembedekkers, zoals gele dovenetel dan wel klimop.
Mogelijke inheemse struiken:
Vuilboom, Wegedoorn, (1-en-2-stijlige) Meidoorn, Gelderse Roos, Egelantier, Hulst, Brem, Wilde Kardinaalsmuts, Gewone Vlier, Haagbeuk, Hazelaar, Krent, Lijsterbes, Mispel, Rode Kornoelje, Sleedoorn, Vogelkers, Wilde Kamperfoelie, Wilde Liguster, Zoete Kers of Boskriek, Zwarte Bes.
Planten voor Vlinders:
Het vlindervriendelijk maken van de tuin begint met de planten. Vlinders leven van nectar, een zoete stof die in bloemen zit waar ze dol op zijn. Er zit suiker in en kleine hoeveelheden eiwitten en vitamines. Vooral de vrouwtjes hebben dit nodig om eitjes aan te maken. Iedere vlinder heeft zijn eigen voorkeur. Zet daarom veel verschillende nectar planten in de tuin. Niet alle bloeiende bloemen zijn even geschikt. Het beste kun je planten kiezen die passen bij de grondsoort van je tuin. Als je veel verschillende (wilde) planten in de tuin wilt, kun je hoogteverschillen aanbrengen, zodat er verschillende omstandigheden ontstaan waar planten kunnen groeien. Niet alle bloemen bevatten nectar. Veel planten die je in het tuincentrum kunt kopen zijn zó doorgekweekt, dat vlinders er niets meer aan hebben. Kies daarom liefst planten uit onderstaande nectar-plantenlijst.
Nectar-planten voor Vlinders:
| Naam | Latijnse naam | Bloeitijd |
| Winterheide | Erica carnea | december-april |
| Kleine maagdenpalm | Vinca minor | maart-april |
| Peperboompje | Daphne mezereum | maart-april |
| Maarts viooltje | Viola odorata | maart-mei |
| Sneeuwbal | Viburnum | maart-juni |
| Prunus | Prunus spec. | april-mei |
| Kruipend zenegroen | Ajuga reptans | april-juni |
| Look-zonder-look | Alliaria petiolata | april-juni |
| Pinksterbloem | Cardamine pratensis | april-juni |
| Judaspenning | Lunaria annua | april-juni |
| Muurbloem,steenraket | Erysimum | mei-juni |
| Braam | Rubus spec. | mei-augustus |
| Echte koekoeksbloem | Silene flos-cuculi | mei-augustus |
| Gewone margriet | Leucanthemum vulgare | mei-augustus |
| Margriet | Chrysantemum maximum | mei-augustus |
| Muizenoor | Hieracium pilosella | mei-september |
| Slangenkruid | Echium vulgare | mei-september |
| Sporkenhout/Vuilboom | Rhamnus frangula | mei-september |
| Witte klaver | Trifolium repens | mei-oktober |
| Dagkoekoeksbloem | Silene dioica | mei-oktober |
| Vlier | Sambucus spec. | juni-juli |
| Lavendel | Lavandula | juni- augustus |
| Beemdkroon | Knautia arvensis | juni-augustus |
| Akkerdistel | Cirsium arvense | juni-september |
| Gewoon biggenkruid | Hypochaeris radicata | juni-september |
| Grote kattenstaart | Lythrum salicaria | juni-september |
| Grote teunisbloem | Oenothera erythrosepala | juni-september |
| Luzerne | Medicago sativa | juni-september |
| Wilde tijm | Thymus serpyllum | juni-september |
| Gewone dophei | Erica tetralix | juni-oktober |
| Gewone rolklaver | Lotus corniculatus | juni-oktober |
| Engelwortel | Angelica spec. | juni-oktober |
De volgende planten zijn tevens nectar-planten voor vlinders: Knoopkruid, Grote Kaardenbol, Betonie, Duifkruid, Gele kamille en Wilde chicorei.
Vlindertuinen en bijen-idylles:
Een vlindervriendelijke omgeving begint met nectar, het voedsel voor vlinders. In het gidsje ‘Tuinieren voor vlinders’ van de Vlinderstichting ( www.vlinderstichting.nl ) staan lijsten met nectar-planten voor het hele jaar door bloemen. Ook staat er een lijst in met planten waar vlinders hun eitjes op af kunnen zetten. De rupsen die uit de eitjes komen, eten dan van deze zogenaamde waardplanten. In dit gidsje staan tevens een paar voorbeelden van beplanting-schema’s voor vlindertuinen.
Planten voor rupsen:
Om vlinders hun hele levenscyclus van ei tot vlinder in je tuin te laten doormaken, moeten er planten in staan waar de vlinders eitjes op kunnen leggen. De rupsen die uit de eitjes komen, eten dan van deze planten. Rupsen eten van alles: bomen, struiken, kruidachtige planten en grassen.
Maar van veel vlindersoorten zijn de rupsen heel kieskeurig: ze eten maar van één soort plant, de zogenaamde waardplant.
| Rups | Waardplant |
| groot koolwitje | koolsoorten en andere kruisbloemigen, zoals damastbloem en koolzaad, oost-indische kers |
| klein koolwitje | koolsoorten en andere kruisbloemigen, zoals damastbloem en koolzaad, oost-indische kers |
| klein geaderd witje | kruisbloemigen, zoals look-zonder-look en pinksterbloem |
| oranjetipje | look-zonder-look, pinksterbloem en judaspenning, Gewoon barbarakruid |
| citroenvlinder | vuilboom, wegedoorn |
| kleine vuurvlinder | schapenzuring, veldzuring |
| boomblauwtje | vuilboom, klimop, heide, hulst, wegedoorn, vlinderstruik en kattenstaart |
| icarusblauwtje | diverse klaversoorten, zoals hopklaver, rolklaver en gewone rupsklaver |
| muntvlindertje | hertsmunt, wilde marjolein |
| distelvlinder | diverse distelsoorten, kleine klis, kaasjeskruid en brandnetels |
| atalanta | grote en kleine brandnetel |
| dagpauwoog | grote brandnetel |
| kleine vos | grote brandnetel |
| gehakkelde aurelia | grote brandnetel, hop, iep, aalbes |
| landkaartje | grote brandnetel |
Plantpakketten voor vlinders en bijen:
Cruydt-Hoeck levert in samenwerking met de Vlinderstichting plantpakketten voor de inrichting van vlindertuinen: ‘Vlinder Hoeckjes’. Deze pakketten bevatten 12 planten, met tenminste 7 verschillende soorten.
Bloemrijke graslanden:
Het landelijke project ‘Nederland Zoemt’ (www.nederlandzoemt.nl), waarmee de wilde bij wordt ondersteund door nieuwe leefgebieden te maken in heel Nederland, inspireert tot een
bij-vriendelijke inrichting. Op afgeplagde grond kan een zaadmengsel met inheemse wilde planten worden gestrooid voor het laten ontstaan van een bloemrijk grasland.
Op de site van kwekerij de Cruydt-Hoeck staan de mogelijkheden voor grasland mengsels ( afhankelijk van o.a. bodemsoort) en tips hoe op een simpele manier aan de slag kan worden gegaan om bestaand gazon om te toveren in een rijkbloeiende bijen en vlinder oase: https://www.cruydthoeck.nl/tuinen/aan-de-slag/hoe-leg-ik-een-bloemenweide-in-mijn-tuin-aan . Delen van het grasland dat om uiteenlopende redenen frequent gemaaid zal moeten worden, kan ingezaaid worden met het Cruydt-Hoeck mengsel ‘Nectar onder het mes’.
Verwildering/stinsenbollen:
Ook kunnen er in het grasland en in de borders verwildering/ stinsenbollen worden gepoot.
Kies voor biologische bloembollen (zonder gifstoffen). Zie www.sterkebollen.nl (De Warande), www.naturalbulbs.nl en www.sprinklr.co.
| Stinsenbollen | naam | Standplaats Half Schaduw (H.S.), Schaduw (S), Zon (Z) | bloeitijd |
| Blauw druifje | Muscari latifolium | H.S. | maart, april, mei |
| Boerencrocus | Crocus tommasianus | H.S. + Z | februari, maart |
| Bostulp | Tulipa sylvestris | H.S. | april, mei |
| Narcis | Narcissus poeticus | H.S. + Z | april, mei |
| Sneeuwklokje | Galanthus nivalis | H.S. | februari, maart |
| Holwortel | Corydalis cava | H.S. | maart, april, mei |
| Wilde hyacinth | Hyacinthoides nonscrypta | H.S. + Z | april, mei |
| Sterhyacinth | Scilla bifolia en / of luciliae | H.S. | maart, april |
| Sneeuwroem | Chinodoxa forbesii | H.S. | maart, april |
| Bosanemoon | Anemone nemorosa | H.S. | april, mei |
| Lenteklokje | Leukojum vernum | H.S. + Z | februari, maart, april |
| Zomerklokje | Leukojum aestivum | H.S. + Z | mei, juni |
| Winterakoniet | Eranthis hyemalis | H.S. + Z | januari, februari, maart |
Plantpakketten voor wilde bijen:
In samenwerking met de Bijenstichting levert de Cruydt-Hoeck bovendien plantpakketten voor de inrichting van plekken geschikt voor wilde bijen: ‘Bijen Hoeckjes‘.
Deze pakketten bevatten 12 planten, met tenminste 7 verschillende soorten.
Planten voor Wilde Bijen:
| Nederlandse naam: | Ecologische waarde: |
| Betonie | Grote wolbij, Andoornbij |
| Prachtklokje | Klokjesdikpoot, Grote klokjesbij, Kleine klokjesbij, Tweekleurige zandbij, Grote bladsnijder |
| Akkerklokje | Klokjesdikpoot, Grote klokjesbij, Kleine klokjesbij, Tweekleurige zandbij |
| Grote centaurie | Pluimvoetbij, groefbijen, Kauwende metselbij, Zwartbronzen houtmetselbij, hommels |
| Slangenkruid | Slangenkruidbij, Paardenbloembij, Grote roetbij, groefbijen, metselbijen |
| Ruige leeuwentand | Pluimvoetbij, Paardenbloembij, Grote roetbij, groefbijen, metselbijen |
| Gewone rolklaver | Grote bladsnijder, Blauwe metselbij, hommels |
| Grote kattenstaart | Kattenstaartdikpoot, nectarplant |
| Gewone brunel | Andoornbij, Blauwe metselbij, hommels |
| Wouw | Resedamaskerbij, andere maskerbijen, zandbijen en groefbijen |
| Veldsalie | Grote wolbij, Blauwe metselbij, Rosse metselbij, zandbijen, hommels |
| Duifkruid | Knautiabij, Pluimvoetbij, groefbijen |
| Bosandoorn | Andoornbij, Grote wolbij, Blauwe metselbij, hommels |
| Smeerwortel | Hommels |
| Boerenwormkruid | Wormkruidbij, Tronkenbij, Kruiskruidbij, Grasbij, groefbijen |
| Rode klaver | Hommels |
| Beemdooievaarsbek | Nectarplant |
Waarom kiezen voor biologisch geteelde planten:
Wil je met je tuin niet alleen iets doen voor je eigen genot maar ook een bijdrage leveren aan al het leven, aan biodiversiteit? Dan is het heel belangrijk dat je kiest voor onbespoten planten, dus voor biologische planten. Ze dragen bij aan de biodiversiteit; de bloemen bieden voeding aan allerlei insecten die op hun beurt weer als voeding dienen voor vogels, vissen, amfibieën etc. Bloemen zorgen, mede dankzij insecten voor zaad, waardoor planten zich weer kunnen verspreiden. Dit in tegenstelling tot planten die in de sierteeltsector zijn gekweekt in kassen met kunstmest en misschien wel het allerergst: met heel veel soorten gif. Zelfs planten die in de gangbare teelt als ‘bijen- en/of vlinderlokker’ aangeprezen worden blijken toch met verschillende soorten gif bespoten te zijn. En dat gif zit nog steeds op de planten als je ze in jouw tuin zet, met alle nare gevolgen van dien. Dit gebruik van gif is een van de belangrijkste redenen waarom onze biodiversiteit in elkaar stort.
Voordelen van biologische tuinplanten:
insecten gaan er niet dood aan maar hebben er juist wat aan
ze vervuilen de grond niet met pesticiden
ze creëren, in tegenstelling tot niet-bio planten, geen giftige hapjes voor vogels en vissen
biologische kwekers zorgen voor biodiversiteit rond de kwekerij (met natuurgebied als plaagbestrijding)
er wordt enorm veel minder gas (of anderszins energie) verbruikt voor de teelt van biologische tuinplanten in de buitenlucht
biologisch gekweekte planten hebben meestal een beter ontwikkeld wortelstelsel en zijn beter bestand tegen plagen.
met biologische planten in je tuin of op je balkon lever je een bijdrage aan biodiversiteit. Stop de sterfte!
Biologische Kwekers:
Kwekerij Jacobs in Noord-Groningen: www.kwekerijjacobs.nl met voorbeeldtuin.
Kwekerij Ninabel in Boerakker in Groningen: www.ninabel.nl met voorbeeldtuin.
Tuin in de Stad in Groningen: www.detuinindestad.nl
Kwekerij Vreugdenhil Mooimakers in Eldersloo, Drenthe (bij Assen): www.vreugdenhilmooimakers.nl
Kwekerij Arborealis in Wilhelminaoord, Drenthe (bij Meppel): www.arborealis.nl
Arnica Kwekerij in Dwingeloo, Drenthe: www.arnicakwekerij.nl
Kwekerij de Baggelhof in Terheijl, Drenthe, voor fruitbomen: www.baggelhof.nl
Cruydt-Hoeck in Nijeberkoop in Friesland, voor wildeplantenzaden en planten: www.cruydthoeck.nl
De Heliant in Nijeberkoop in Friesland, voor wilde planten: www.deheliant.nl
Kwekerij de Hessenhof in Ede, Gelderland: www.hessenhof.nl
Zie voor hulp bij ontwerp en aanleg van een ecologische tuin de website van:
Wilde Weelde: www.wildeweelde.nl/wilde-weelde-bedrijven-op-de-kaart/
en Velt: www.velt.nui/tip/waar-vind-je-ecologische-tuinontwerpers-en-tuinaannemers.